Af en toe overlijdt er weer een oudste inwoner. Vanmorgen een honderdenelfjarige vrouw uit Uffelte. Ze nam haar leven lang iedere ochtend bij het ontbijt een zacht gekookt eitje. Dat deed mijn buurman ook. Die begon de dag zelfs met twee eieren. Tot halverwege de zeventiger jaren. Toen las zijn vrouw in het Nieuwsblad van het Noorden dat eieren niet deugen. Cholesterolbommen werden ze genoemd in die krant. Mijn buurvrouw schrok zich rot. Cholesterol, gebruikten ze dat niet in de garage om auto’s door te smeren en had ze dat woord ook niet zien staan op het verroeste olieblik in de schuur naast de tractor van haar man? Mijn buurvrouw had geen talent voor dure woorden. Ze gebruikte die woorden op een eigen manier. Zo sprak ze over plantanen en orleanders en ze noemde mijn Brahmanen (een wuft kippenras) membranen. Waardeloze beesten, vond ze, slechte leggers ook, maar wel met een dure naam om het tekort te compenseren.
Zijzelf had legkippen van de coöperatie, kippen waar na dat artikel in de krant het gezicht wel voor weg kon, want mijn buren waren van het lang-zal-die-leven en ze aten dus nauwelijks nog eieren.
De rantsoenering heeft niet kunnen verhinderen dat mijn buurman na twee eiloze jaren onverwacht overleed. Op een stervenskoude winterdag, hij had zijn schapen in het besneeuwde weiland wat hooi gebracht, begaf zijn hart het toen hij uit de kou in de warme huiskamer kwam. Had niks te maken met de eieren die hij gedurende meer dan een halve eeuw gegeten had. Een paar jaar na zijn dood bleken eieren namelijk hartstikke gezond te zijn. Op z’n minst een ei per dag keeps the doctor away, zou ik zeggen nu ik weet dat je door of ondanks het eten van een dagelijkse ei honderdenelf kunt worden.
Ik wil er dan ook vanuit gaan dat mijn eiersalade hartstikke gezond is. Voor die salade gebruik ik geen kookboek of culinaire bijlage van een tijdschrift. Geen beginnen aan: er zijn te veel recepten voor eiersalade. Alleen al op het internet staan er duizenden. Verbazingwekkend wat mensen in zo’n eierstamppot stoppen. Eieren, dat spreekt van zelf, mayonaise en tomatenketchup. Ik heb nergens gelezen dat iemand ontevreden was over haar of zijn eiersalade. De meeste bijschriften bij de recepten die ik vond, geven aan dat eiersalade lekker is, snel klaar en bovendien gemakkelijk te maken. Beter kan ik niet samenvatten waarom ik dat gerecht graag maak. Er is nooit gemopper als ik zo’n salade op tafel zet en hij is bij wijze van spreken al op voordat de lepel erin staat. Dat zo’n eiersalade een beetje zwaar op de maag ligt, wil ik wel toegeven. Geniet ervan, maar eet niet te veel!