Kerkje aan zee

Voor Kees en Floor

Het liefst neem ik afstand
van deze oeverwal, want lucht
wil ik, koele blauwe hemel
waarin plakkaatverf
wolken kansloos zijn,
omdat het hier altijd waait.

Niets blijft, dat staat vast.
Zelfs niet dit stoere kerkje
met zijn vriendelijke toren.
Zeg alsjeblieft dat het mooi is
op die smalle strook land
tussen lucht en water.

Dat is genoeg voor mij
en ook voor dit kerkje aan zee,
eenzaam overgebleven schip,
het kon zich maar amper staande
houden. Elementen zwijgen nooit,
hoor het aanwaaien van de angst.

Nog iemand gezien vandaag?
Gisteren vloog een rode wouw
langzaam landinwaarts
terwijl een groepje schapen
langs de dijk bewoog.
Vandaag is het voorjaar.

Je bent de ganzen vergeten?
Weet je nog hoe ze
ingehouden schreeuwend
het oude Termunten passeerden,
de bomen, de rode pannendaken
rond dit zwijgend baken aan zee?

De paarden hebben vissenstaarten.
Aan de rand van dit oude land
wil ik jou trager maken
zodat we kunnen blijven
kijken naar het stille water,
het langzame verschuiven van de zon.